Voorwoord: Spelen

Jan Jaap Wietsma

Het voorwoord van NVON-voorzitter Jan Jaap Wietsma: Spelen

Het verschijnen van dit nummer valt vrijwel samen met de tweede verjaardag van de beperkingen en droefenis die we door het coronavirus meemaken. In de hele maatschappij heeft dat gevolgen. Het onderwijs ging er ook onder gebukt. We hebben dingen geleerd, maar ook veel dingen gemist. Nooit eerder hebben we zoveel uren voor de camera gezeten, en hebben we contact gehad zonder contact te hebben.

Ik probeer zo goed en kwaad als dat lukt nog wat contacten te onderhouden met verenigingen elders in de wereld. Zonder vliegen of autorijden kon ik aansluiten bij de online-versie van de internationale dag van de ASE-conferentie 2022. Daar was als thema gekozen: ‘play in science education’; het inzetten van spel in het leren van natuurwetenschap en techniek. Als we het in het Nederlands over spelen hebben, kan dat twee richtingen op gaan. Aan de ene kant: kinderspel, waarvan de indruk bestaat dat dit wat anders is dan leren. Aan de andere kant: tegen elkaar spelen, met een wedstrijdelement. Dat is meer het game-aspect, de wedstrijd, en wordt wél serieus ingezet om leren te bevorderen.
Toch is aandacht voor spel, zoals dat bij kinderen voorkomt, heel zinvol. Kinderen spelen, en gebruiken daarbij hun fantasie, verbeeldingskracht en creativiteit. Ze maken wat er niet is. Een stok wordt een zwaard, een paard of een hijskraan. Het kan, dankzij verbeeldingskracht. Door spelen leren kinderen de wereld kennen, ervaren ze materialen, alles wat er om hen heen is. Hoe dingen aanvoelen en zich gedragen als je eraan trekt of duwt, of je handen erin steekt. Of je er iets van kunt maken, of gevaarlijk is. Waar het allemaal voor te gebruiken is.
Spelen van kinderen is ook experimenteren en ontdekken, in combinatie met voorstellingsvermogen en creativiteit. Dat is voor alle leeftijden. Spelenderwijs leren, weten hoe dat gaat en hoe je dat stuurt met goede opdrachten kan een geweldige basis leggen voor het leren over natuur en techniek. Welk kind wil nu niet in het kasteel de schat vinden en die eruit zien te halen. Binnen de kortste keren heb je kinderen aan het spelen met touwen en katrollen; en kunnen ze uitleggen hoe een hijskraan werkt. Maar een kaart tekenen, een route bepalen met een kaart, een stok gebruiken om een afstand te meten: spelen kan serieuze vormen aannemen. En onderwijs in natuurwetenschap en techniek kan op die manier enorm gestimuleerd worden. 
We vinden met elkaar techniek en technologie heel belangrijk. Tegelijk wordt het gezien als iets ingewikkelds, waar je verstand van moet hebben. Wanneer je de verbinding weet te leggen met spelen, fantasie, creativiteit, taalontwikkeling, rekenvaardigheden, ruimtelijk inzicht, sociale vaardigheden en samenwerking dan is al heel vroeg een solide basis te leggen voor de vaardigheden die we nu van natuurwetenschappers en techneuten verwachten. Als je maar weet dát je op die manier de basis legt voor begrip van afmetingen,  krachten, verhoudingen en vaardigheden om dingen te bouwen en te onderzoeken. De meester en juf als rolmodel, die zelf meespelen in het toneelstuk, Die vragen stellen waar kinderen spelenderwijs antwoorden op ontdekken. Dat vraagt om onderzoek én een goede opleiding voor leraren. 
Het nieuwe kabinet heeft stevige ambities met onderwijs en ministers waar we hoge verwachtingen van hebben. Er liggen veel plannen en voorstellen die op uitwerking wachten. Laat ook de ontwikkeling van een nieuw curriculum voor de basisschool en onderbouw vo weer voortgaan. Laat daarin de aandacht voor bèta sterk zijn, en een serieus onderdeel worden  van de ervaringen die alle kinderen meekrijgen. 
Spelenderwijs.

Jan Jaap Wietsma
Voorzitter NVON
Reacties naar:j.j.wietsma@nvon.nl

3_NVOX22_TDS_NR-3.pdf
NVOX

NVOX 2022 • nummer 3 • bladzijde 3