Als je geboren wordt, is de lengte van je schedel ongeveer eenvierde van je totale lichaamslengte. Bij volwassenen is dat duidelijk anders. In je lichaam komen nog veel meer vaste verhoudingen voor. In dit practicum zullen we gaan proberen die te vinden.
Maar de gestalten van mensen verschillen toch zul je zeggen. De een heeft toevallig korte benen en iemand anders juist heel lange. Om de betekenis van persoonlijke verschillen uit te schakelen, kun je het beste het gemiddelde van een hele groep mensen nemen.
Voorlopig gaan jullie werken in groepjes van drie personen. Later kun je dan alle meetresultaten bij elkaar voegen en een 'klassegemiddelde' bepalen
|
Meet de lengte in cm. van je: |
leerl. A |
Leerl.B |
Leerl.C |
Groeps gemiddelde |
Klasse gemiddelde |
|
hele lichaam (Streepje op de muur) |
|||||
|
hoofd (kin - kruin) |
|||||
|
hand |
|||||
|
onderarm |
|||||
|
vingertop - vingertop, als je je armen zo ver mogelijk gespreid hebt |
|||||
|
bovenarm (begin mouw - elleboog) |
|||||
|
onderarm (elleboog - hand) |
|||||
|
voet (grote teen - hak) |
|||||
|
Meet de omtrek in cm. Van je: |
Leerl.A |
Leerl.B |
Leerl.C |
Groepsgemiddelde |
Klasse gemiddelde |
|
vuist (breedste punt) |
|||||
|
hals |
|||||
|
been (even boven de knie) |
Sommige van de verhoudingen die je gevonden hebt zijn erg handig bij het kopen van kleding.
Ook in de tekenles kun je deze gegevens misschien gebruiken.
Bij het maken van poppen worden ook lichaamsmaten gebruikt. Meestal wijken de maten die gebruikt worden nogal af van de werkelijke maten.
Een goed voorbeeld van afwijkende lichaamsmaten leveren "Barbie" en "Chen" maten.
Als je zo'n pop hebt kun je ook daarvoor de hierboven genoemde lichaamsmaten opmeten en deze vergelijken met de maten die jezelf gevonden hebt.
Leswerk
