Plaats hier uw vraag of reactie of mening.

Waarom is die rechte lijn (3e scorepunt) zo belangrijk? Met een goede kwadratische fit in een (f,n)-diagram gaat het argument net zo goed op, alleen kun je het dan niet meer met de hand doen. Ik vind de opmerking dat de grafieklijn de individuele meetfouten uitmiddelt ook voldoende voor het 3e punt.

Eens. 
Het punt is dat je hier gebruikt maakt van een grafische middelling en niet van een rekenkundige middelling. Omdat je bij grafische middeling uitbijters niet/minder meeneemt. is dat (nog) nauwkeuriger dan een rekenkundige middeling. Of je dat met een rechte doet of niet, is niet relevant. Als je de grafiek niet recht getrokken zou hebben en er een kwadratisch regeressiemodel op had losgelaten, zou het effect hetzelfde zijn geweest.

Welke inzicht is nodig dat de meetpunten op een rechte lijn liggen als daar boven een grafiek is waarbij dit al zo getekend is?

Volgens mij ook juist:

Je kunt hier de waarden voor f en $n^2$ aflezen in 3 significante cijfers. En daarmee de helling bepalen in 3 significante cijfers. Goed voor bol 2 en 3 toch? 

Leerlingen leren dat het niet fout wordt gerekend wanneer je één significant cijfer naast de juiste significantie zit en vinden daarom Arno's gedachte verdedigbaar.

Verder hoor ik ook dat je kan het in 3 significante cijfers aflezen... Weet niet zo goed wat ik daar mee moet...

Helemaal eens met Kortstra (rechte lijn staat er al --> waarom inzicht nog aantonen?).

Omdat recht evenredig verband al getoond wordt, is het aflezen van een punt met 3 significante cijfers voor beide waarden voldoende gezien de meetpunten weinig van de lijn afwijken. De steilheid is dus met weinig onzekerheid bepaald. Dat laatste is belangrijker dan het aantal cijfers waarmee f bepaald is, toch?

Dus ook 2e en 3e punt voor een antwoord van het type:

f en n² kan ik aflezen met 3 cijfers waardoor ook c 3 cijfers krijgt.

Hoe denken jullie hierover?

@boer @maaike @hermans
Je kan de gegevens NIET in 3 significante cijfers aflezen. De x-as misschien met heel veel moeite (als je op de halve mm kan aflezen -  maar dit is de n² dus niet ter zake doende), maar de y-as absoluut niet (je moet dan onderscheid kunnen maken op de 0,2 mm (1 cm /50).

De significantie van de waardes op de asverdeling = niet de significantie van wat je kunt aflezen.Dat zou mooi zijn, dan zet ik ipv 150 --> 150,0000 neer bij de schaalverdeling en worden mijn metingen opeens super nauwkeurig :-).

Tja... 1/10 van de afstand tussen de roosterlijnen op de verticale as is 5 Hz. Maar met je geo, die precies op het rooster past, heb je 5Hz tussen twee schaalstreepjes zitten en moet je daartussen schatten. Een afleesnauwkeurigheid van 1 of 2 Hz is daarmee wel verdedigbaar, dus drie s.c. Zit je nog wel met de dikte van de grafieklijn...

Aflezen met 3 significante cijfers is zelfs precies wat van de leerlingen verwacht wordt. Zo niet zou het antwoord niet met 3 significante cijfers gevraagd worden.

@hermans nee dat is nu juist de essentie van deze vraag. De extra significantie komt omdat je de trendlijn gebruikt en dus meerdere metingen (van 2 significant) gebruikt waardoor de bepaling nauwkeuriger wordt. De bron van de gegevens van f is 2 significant. Deze worden per stuk niet nauwkeuriger door ze in een grafiek te zetten die je dan al dan niet met 3 significant kan aflezen.

Uit het C.V.
De constante c wordt bepaald uit meerdere meetwaardes die (na een coördinatentransfomatie) liggen op een rechte trendlijn. Dit vergroot de nauwkeurigheid van de bepaling.