het antwoord op het kloppend maken van de reactievergelijking kan ook zijn:

4NH₃ + 2NO + 2O₂  → 3N₂ + 6H₂0

het correctievoorschrift noemt alleen:

4NH₃ + 4NO + O₂  → 4N₂ + 6H₂0

Gevraagd werd om de 4 ontbrekende coefficienten aan te vullen, geen 5.
Ik heb dat dan ook fout gerekend.

klopt, ik zag het eigenlijk al toen ik de opmerking net had opgestuurd, ik had het zelf niet goed gelezen.

Het klopt natuurlijk dat er maar 1 antwoord goed is volgens het corectiemodel.

Maar, wat doen de leerlingen?

Ze nemen de onvolledige reactievergelijking over en gaan aan het puzzelen.

Vervolgens rolt daar een kloppende reactievergelijking uit. (zie boven). Bij deze vraag check je niet alleen of leerlingen reactievergelijkingen kloppend kunnen maken, maar ook nog of ze wel door hebben dat er niet overal een coefficient voor mag staan. Met andere woorden: wat test je eigenlijk?

Als er weer eens zo iets flauws wordt gevraagd, geef dan twee punten (1 voor de oplettendheid en 1 voor het kloppend maken). Of vraag gewoon om een reactievergelijking kloppend te maken,

Daar gaat het toch om?

Helemaal mee eens en ook meegenomen tijdens de examenbijeenkomst...

De vraag wat we nu eigenlijk aan het toetsen zijn heb ik me dit jaar vaker afgevraagd!

Arme dyslecten...

Helaas, zie verslag examenbespreking...