Vraag 04

Vraag 04

Door: Ad Mooldijk | Datum: Zaterdag 14 maart 2020, 21:32 uur

Plaats hier uw vraag of reactie of mening.

Antwoord:

Door: Bax | Datum: Vrijdag 21 mei 2021, 16:36 uur (Bewerkt op: 21-05-2021 16:38)

Ik heb al een aantal leerlingen dat inziet dat meerdere lassen een parallelschakeling vormt. Zij trekken de terechte conclusie dat de stroom toeneemt.

Zij zeggen daarbij niets over de geleidbaarheid of de weerstand, maar zij tonen m.i. wel het juiste inzicht. Zij terkken daaruit de consequente en correcte conclusie.

Eerste puntje wel of niet toewijzen?

Door: Jacco Dankers | Datum: Vrijdag 21 mei 2021, 16:50 uur (Bewerkt op: 21-05-2021 16:50)

Volgens mij een alternatieve, correcte methode, dus alle punten. 

De vraag is vervolgens wel hoe je bij deze methode de deelscores bepaald als een leerling een foutje maakt. 

Door: Huub Franzel | Datum: Vrijdag 21 mei 2021, 17:36 uur

Precies, er zijn lln die zien dat het een parallelschakeling is, vervolgens zeggen dat de stroom verdeeld wordt en dus kleiner wordt o.i.d.

Geef je die een deelscore (1 punt) voor alleen de constatering dat het een parallelschakeling is?

Door: Kortstra | Datum: Vrijdag 21 mei 2021, 17:51 uur

Ik zou hiervoor alle punten geven, een prima (alternatieve) oplossing. Volgens mij hebben ze met hun antwoord zo impliciet aangegeven dat de weerstand afneemt.

Door: Bax | Datum: Vrijdag 21 mei 2021, 17:54 uur (Bewerkt op: 21-05-2021 17:55)

Vind ik ook. Maar toen deze: "Het wordt een parallelschakeluing, dus de stroom blijft gelijk". Euh... Ik denk dat @Dankers dat bedoelde met zijn opmerking.

Door: Erik van Beek | Datum: Vrijdag 21 mei 2021, 20:39 uur

@Huub, precies wat ik mij afvraag: Wat als een leerling aangeeft dat het een parallelschakeling en de stroom zich dus moet verdelen. Het aangeven dat de stroomsterkte dan kleiner wordt lijkt mij dan foutief maar consequent. Ik sla de vraag nu over en hoop dat de examenbespreking duidelijkheid geeft.  

Door: Jacco Dankers | Datum: Zaterdag 22 mei 2021, 08:34 uur (Bewerkt op: 22-05-2021 08:35)

Uit de Notulen landelijke vergadering: "Parallelschakeling dus stroom wordt groter     is te kort door de bocht en kan dus niet alle punten opleveren. Er is meer uitleg nodig waarbij het expliciet noemen van G of R niet per se nodig is."

'niet alle punten' suggereert dat we hier dus 1 punt voor mogen geven. En als er wel een volledige uitleg bij staat, zonder R of G, kan het twee punten worden. 
(bijvoorbeeld: "De totale stroomsterkte in een parallelschakeling is de som van de afzonderlijke stroomsterktes, dus de stroomsterkte door de elektroden (=Itotaal) wordt groter.") 

Over varianten met een fout in de redenering geeft de landelijke vergadering helaas geen uitsluitsel. 

Door: Hutjens | Datum: Zaterdag 22 mei 2021, 10:39 uur

Ik had deze vraag zelf anders begrepen. Ik heb gekeken naar de stroomsterkte per elektroden. Ik zie het als een parallelschakeling en als er een tak wordt toegevoegd, dan wordt de stroomsterkte door een eerdere elektrode niet anders. De spanning over de elektrode blijft gelijk vanwege parallelschakeling. De weerstand van de elektrode wordt ook niet anders. De totale stroomsterkte wordt wel groter, maar de stroomsterkte per elektrode niet. 

Als er had gestaan: Wordt de stroomsterkte door de weerstanden in onderstaande parallelschakeling bij het toevoegen van weerstanden groter, dan had ik ook niet gezegd dat het groter wordt, want er wordt niet specifiek naar de totale stroomsterkte of de stroomsterkte door de hoofdtak gevraagd.

Wat vinden jullie van deze redenatie? 

Door: Hutjens | Datum: Zaterdag 22 mei 2021, 10:44 uur (Bewerkt op: 22-05-2021 10:46)

Wat als de leerling uitlegt dat de spanning en weerstand constant blijft (eerste bolletje niet) en vervolgens dat de stroomsterkte dus ook gelijk blijft. Tweede bolletje wel? Of is de vraag te veel vereenvoudigd?

Toevoeging: Ik zie dat het NVON bespreekdocument adviseert het tweede punt wel toe te kennen. 

Door: Hutjens | Datum: Zaterdag 22 mei 2021, 11:04 uur

Tot slot:

1.  NVON document: "Weerstand en spanning blijven gelijk dus stroom blijft gelijk. Is consequente conclusie"
In correctievoorschrift staat "(bij een gelijke spanning)" ook tussen haakjes, dus ik neem aan dat ik het woord spanning uit bovenstaande citaat ook tussen haakjes mag denken?

2. Er zijn ook leerlingen die redeneren vanuit de formule voor de weerstand van een draad en daaruit de (soms verkeerde) conclusie trekken dat de weerstand daalt/stijgt en vervolgens een consequente conclusie trekken over stroomsterkte. Ik heb nu het tweede punt wel toegekend. Zijn jullie het hiermee eens?

Dank voor jullie feedback!