Hoe kun je atoomeconomie (uitgangspunt 2) vergelijken? Dan zou je toch moeten weten HOE barnsteenzuur uit aardolie wordt gewonnen? Ik heb daar geen punten aan toegekend.

Zelfde geldt voor uitgangspunt 8.

Uitgangspunt 4 betreft het product en is idd in beide gevallen gelijk. 

Wat denken jullie van 6 (energie-efficient ontwerpen)? Mijn leerling zegt: "doordat bacterien de reactie uitvoerenwaarbij barnsteenzuur ontstaat, kost de reactie bijna geen energie en is dus goed voor het milieu.

Ik ben geneigd hier punten voor toe te kennen.

In de syllabus staat inderdaad dat van domein G alléén subdomein G1 (chemie van het leven) en G2 (milieu-eisen) bij het CSE horen. Subdomein G4, groene chemie, staat aléén in de kolom "moet in SE".  Volgens mij moet hierop een correctie komen en dus ga ik vooralsnog niet heel veel energie stoppen in deze vraag, ik beoordeel m wel, maar vrij soepel.

Ik ben wel sterk geneigd atoomeconomie niet goed te rekenen, dit is met name voor een vergelijking met een ander proces. (Alhoewel je meteen kunt beredeneren dat leerlingen die geheel conform de syllabus atoomeconomie wel hebben geleerd en "de rest"  van de groene chemie niet, dit als enige optie zien.)

@Wouter den Boer

Ik had ze gemaild

--------

Geachte mevrouw Van Kampen,

Dank voor uw bericht. Uit uw bericht maak ik op dat de bevraagde stof bij vraag 10 niet tot de CE-stof behoort. Wij hebben uw opmerking voorgelegd aan de vakdeskundigen en ontvingen het volgende antwoord:

In de syllabus wordt in de specificaties nader afgebakend wat er op het centraal examen mag worden bevraagd. De tabel op blz. 7 is echter slechts een opsomming van de subdomeinen en geeft daardoor ook onvoldoende uitsluitsel over wat er in het examen kan worden bevraagd. In de inleidende tekst boven de tabel staat daarom ook vermeld “Het examenprogramma staat in bijlage 1. Het betreft hier het programma met globale eindtermen, waarvan het CE-deel in hoofdstuk 2 van deze syllabus nader wordt gespecificeerd.”

Het benoemen van een van de uitgangspunten van groene chemie, zoals in vraag 10, wordt vermeld door specificatie F1-5 van subdomein Industriële processen. Deze subdomeinen worden wel in het CE getoetst, zoals aangegeven in de syllabus van 2019. Sommige subdomeinen uit de syllabus bevatten enigszins overlappende specificaties.

Als u nog inhoudelijke vragen heeft over deze melding, dan kunt u reageren op deze e-mail. Nieuwe meldingen over de inhoud en/of afnamecondities van een centraal examen kunt u doen via het contactformulier van het Examenloket. 

Ik hoop dat u hiermee voldoende geïnformeerd bent.
 
Met vriendelijke groet,
Majlen Dilweg


 

@Lois van Kampen

Dit antwoord van het CvTE is natuurlijk een bijzonder curieus antwoord (misschien moeten we het maar lachwekkend noemen). Als je namelijk de bijlage waarnaar wordt verwezen erop naleest, dan blijkt ook daar dat dit niet onder stof voor het centraal examen valt. Ze noemen ook nog de subdomeinen F, maar daaruit blijkt m.i. dat dit  helemaat niet tot de stof voor het CSE behoort. Als er al vragen gesteld kunnen worden over groene chemie dan gaat het over grootschalige processen en gezien de genoemde hoeveelheden kun je dat volgens mij hier niet zeggen.

Uit de bijlage waarnaar wordt verwezen:

Het centraal examen Het centraal examen heeft betrekking op de subdomeinen B1, B2, B3, B4, B5, C1, C2, C3, C6, C7, C8, D1, D3, E1, F1, F3, G1 en G2 in combinatie met de vaardigheden uit domein A. Het CvE kan bepalen, dat het centraal examen ten dele betrekking heeft op andere subdomeinen, mits de subdomeinen van het centraal examen tezamen dezelfde studielast hebben als de in de vorige zin genoemde.

Het CvE maakt indien nodig een specificatie bekend van de examenstof van het centraal examen.

G4 valt dus buiten de stof voor het CSE; er is geen publicatie geweest waarin afwijkingen zijn bekend gemaakt.

Wat doen jullie met leerlingen die wel een juist nummer van een uitgangspunt geven maar geen uitleg geven.

Normaal betekent geen uitleg = geen punten ivm algemene regels. Nu wel ivm 1ste bolletje?