Vraag 05

Antwoord:

Door: van Gorkom | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 11:24 uur (Bewerkt op: 18-05-2019 11:26)

@Erik: Voor het completeren van de berekening moet wel de gevraagde grootheid berekend zijn, op zijn minst in de overtuiging van de leerling. Als er een hele andere grootheid berekend wordt met de daarbij horende eenheid, dan lijkt me dat niet het completeren van deze berekening.

@van Garderen: De formulering van vakspecifieke regel 2 is niet veranderd en de gevraagde eenheden staan ook nog steeds bij de uitkomst in het correctievoorschrift. De discussies die jij noemt zijn kennelijk gebaseerd op de toelichting in de syllabus (pagina 37). In die toelichting gaat het specifiek over een voorbeeld waarbij twee fouten gemaakt zijn ("heeft er niets van begrepen, doet eigenlijk niets goed en dus kan er van completeren ook geen sprake zijn"). Ik lees daar niet in dat elke leerling die dichtheid invult voor rho direct het completeerpunt kwijt is. Als dat wel de bedoeling is, zou er dan geen opmerking over in het landelijk verslag hebben gestaan?

Door: van Garderen | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 12:17 uur

niet in het landelijk verslag, want de discussie is vrij  nieuw (syllabus aangepast met het NVOX artikel) en landelijk komt niet alles naar boven

Door: Erik van Beek | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 12:37 uur

@vanGorkum Dus als ze dan in Ωm antwoord zou ze dus wel completeren krijgen? Dat deed ze namelijk

Door: van Garderen | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 13:03 uur

De leerling wordt gevraagd om een weerstand uit te rekenen en het antwoordmodel geeft ook een weerstand in Ω. Als de leerling dan uiteindelijk geen weerstand in Ohm geeft, dan is het geen antwoord op de vraag en dat vonden wij in ieder geval tot nog toe geen completeren.

Uit de reacties op het forum en op de facebook/vaksteunpunt natuurkunde proef ik dat wij niet vinden dat wij door de toelichting regel 2 anders moeten gaan interpreteren. Dus ik houd mij aan wat ik deed en wat kennelijk (nog) zo gebeurt. Als de einduitkomst geen antwoord is op de vraag, inclusief eenheid die hoort bij de vraag. Dan kan het completeerpunt nooit worden toegekend.

Door: van Gorkom | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 16:00 uur

@Erik:  Het completeerpunt kan pas gegeven worden als de leerling antwoord geeft op de gestelde vraag. In dit geval ("Bereken de weerstand") moet er dus een weerstand uitgerekend zijn, en geen soortelijke weerstand (of lengte, of ...). Pas als er een (eind-)antwoord op de vraag is, worden de eenheid, significantie, vereenvoudiging en rekenfouten van belang.

In jouw geval zou ik dus geen completeerpunt toekennen, want er is geen weerstand uitgerekend.

Door: Koole | Datum: Zaterdag 18 mei 2019, 23:51 uur

Een leerling noteert R=ρ*LA=8,96*103*130,0025=4,7*107Ω

Zij krijgt het punt van bol 1. Niet het punt van bol 2, want de soortelijke weerstand is niet opgezocht. Ook niet het punt van bol 3, want door de dichtheid in te vullen in plaats van de soortelijke weerstand, is de door de leerling vermelde eenheid ohm niet juist (syllabus p37 voorbeeld 1: "In dit voorbeeld kan er geen sprake zijn van een juiste eenheid, omdat de dichtheid een andere eenheid heeft dan de soortelijke weerstand [...] in soortgelijke gevallen vast te stellen dat het laatste scorepunt niet kan worden toegekend." Mee eens?

Door: Jacco Dankers | Datum: Maandag 20 mei 2019, 11:24 uur

Als de leerling niet expliciet de eenheid van de dichtheid heeft genoteerd, kun je volgens mij niet hardmaken dat de eenheid van het eindantwoord niet klopt. 

Door: Koole | Datum: Maandag 20 mei 2019, 18:39 uur (Bewerkt op: 20-05-2019 18:53)

@Dankers Syllabus p37: in de formule in het kader van voorbeeld 1 staat geen eenheid achter 0,45*10-6 (de eenheid Ωm mag daar staan, maar het hoeft natuurlijk niet). Syllabus: "Een leerling vult in de formule voor de weerstand de dichtheid in voor ρ en voor A de omtrek van de cirkel. Als eindantwoord noteert de leerling L=4,9∙10−11 m. [...] De bedoeling is dat de leerling voor deze vraag 0 punten krijgt. In dit voorbeeld kan er namelijk geen sprake zijn van een juiste eenheid, omdat de dichtheid een andere eenheid heeft dan de soortelijke weerstand en de omtrek een andere dan de oppervlakte."

Het ligt mijns inziens niet voor de hand dat het completeerpunt alleen moet vervallen (en bovendien het eerste punt) als de leerling nu ineens wél de eenheid in de formule invult. Met andere woorden, als (vraag 5, koper) wordt ingevuld 8,96*103 met of zonder "kg/m3", vervallen mijns inziens het eerste én vierde punt. Niet omdat ik dat graag zo wil, maar dit is mijns inziens wel wat de syllabus hierover zegt. Of ik daar gelukkig mee ben, maakt geen verschil voor de beoordeling.

Het vierde punt zou ik wel toekennen als de leerling in de formule invult (vraag 5, koper) "8,96*103 Ωm" of dit naast de formule noteert.